zondag 17 november 2013



Ik ben weer helemaal in mijn sas met de nieuwe titel van dit stukje over dierensporen. Zoals de titel al aangeeft denken we bij sporen aan de prenten oftewel de pootafdruk van een dier. Maar wat we onder sporen verstaan bestaat eigenlijk uit nog veel meer.

Onder sporen verstaan we:

  • Prenten (poot of lichaamsafdruk)
  • Holen, schuilplaatsen  en nesten
  • Braakballen
  • Vraatsporen
  • Uitwerpselen
  • Veren

Kort zal ik van dit lijstje het een en ander behandelen, het doel is immers de jas aan
te trekken en wat frisse lucht opsnuiven. Het bos in om de sporen te zoeken. Neem een loep, fotocamera, lampje en een boekje mee om de sporen te determineren.

Misschien niet het bestje boekje, maar erg veel plezier heb ik van 'De complete gids voor diersporen' door Klaus Richarz, uit de Witte Boekhandel. Voor 7 euro heeft u een praktische handzame gids. Met aardig wat informatie voor de beginnende spoorzoeker en natuurliefhebber. U kunt hiermee voldoende informatie uit halen en u bent zo op het goede spoor om iets meer te weten te komen van dieren uit uw wandelomgeving.


Wil je wat verder gaan dan kun je een trackingkit meenemen deze bestaat uit een meetlat, voorzien van centimeters inclusief 2 elastieken en een aantal zestal gekleurde saté prikkers. Een mond kapje, latex-handschoenen een afsluitbaar bakje met wat ziplock zakjes, notitieblokje met potlood en een pincet. En helemaal compleet wordt het met een gipskit om de prenten vast te leggen.

Voorbeeld van een simpele trackingkit

Prenten.
Prenten zijn eigenlijk niets anders poot- of lichaamsafdrukken in bijvoorbeeld zand, modder of sneeuw. Aan de hand van de prent kun je bepalen wat voor dier het is. Soms het geslacht, de gemoedstoestand, het doel en de snelheid. Het is mogelijk in bepaalde gevallen om een tijd van inprenting te koppelen door middel van het vergaan van de prent. Je kunt dan een redelijke inschatting maken wanneer het dier op die plek geweest is.

Prent van een ree
Links ziet u een prent van een ree op een modderig pad. Dit soort prenten ziet u meestal op wandelpaden en op wissels. Wissels zijn niets anders dan vaste paden gebruikt door dieren. De wandelpaden van de mensen worden meestal gebruikt wanneer het stil is. Meestal in de schemer en in het donker, maar soms ook gewoon overdag. Reeën kunnen heel goed horen en ruiken en maken optimaal gebruik van hun camouflage.
Door doodstil te blijven liggen is de kans om ontdekt te worden zeer klein, pas op het laatste moment zullen ze hun leger (rustplek op de grond) plotseling verlaten.

Prent van een hond
Rechts zie je een prent van een hond. Je moet heel goed opletten want de prenten van honden kunnen verschillen, kleine hondjes hebben iets andere prenten dan grote honden. Hoe groter de hond des te breder zijn de prenten. Een prent van een kleine hond is makkelijk te verwarren met de prent van een vos. Er zijn slechts minieme verschillen. Van een vos zijn de kussentjes wat kleiner en ronder, waardoor er een groter tussenstuk ontstaat tussen de linker en rechter kussen van de poot. Verder is aan de rechterkant een grotere ophoping, hierdoor is het mogelijk dat de hond naar links is afgebogen.

Met een meetlat kun je de afstand bepalen tussen 2 stappen (gemiddelde nemen) schuif de elastieken op de gemeten afstand. Zo kun je het spoor volgen mocht deze vervagen of onduidelijk zijn, je weet immers de afstand van de volgende stap.
Ook bij versnelling zul je een andere stappenpatroon en -prenten ontdekken. Vaak worden de voor- en achterpoten anders neergezet en zullen de zowel de voor- als achterpoten verder uit elkaar staan. Dit is voor veel dierensoorten verschillend.


Holen, schuilplaatsen en nesten.
Ieder diersoort heeft zijn eigen rustplek. Dit kan een leger zijn voor bijvoorbeeld een ree of een haas. Een leger is een ondiepe kuil op een onopvallend plekje. Vaak zie je hier nog de haren van het dier wat er regelmatig verblijft. Hierin blijven ze doodstil liggen waardoor het moeilijk wordt om ze te ontdekken. Vooral voor mensen waar de waarneming vooral gericht is op beweging en afstekende kleuren. Ook de vorm en locatie van een nest kan bijvoorbeeld aangeven welke vogel dit gebruikt. Een zwaluw heeft een ander soort nest en locatie dan een houtduif. Zo ook met holen in de grond of in een oude boom zoals een specht. Wat dacht je van een bladroller, een insect wat een blad krult in een rolletje om de nakomelingen te laten uitkomen. Af en toe komt het voor dat een andere diersoort een nest of hol van een ander gebruikt. Zoals een vos bij een dassenburcht, of een roek die de hol van een specht kraakt.

Braakballen.
De braakbal van bijvoorbeeld een uil geeft inzicht in het dieet en dus wat voor eetbaars er leeft in de omgeving van de uil. Deze moet je altijd in een bakje met handschoenen en mondkapje uitpluizen. Er zitten regelmatig nog ziekmakende bacteriën in. Maar met deze veiligheidsmiddelen kun je veilig aan de slag.

Braakbal van een ransuil
Hier links zie je de braakballen van een ransuil. Een braakbal bestaat uit de onverteerde resten van dieren, zoals haren, botjes en nagels. Braakballen worden alleen afgegeven door roofdieren. Het is een vorm van  afgifte via de bek van onverteerbare resten door deze uit te braken. Hier komt de beroemde uitspraak uilenballen vandaan. Ook meeuwen, reigers en kraai-achtigen kunnen braakballen produceren.


Een ransuil is vooral 's-nachts actief en jaagt op knaagdieren en rustende kleine vogels.

Vraatsporen.
Ook sporen van wat een diersoort eet kan wat vertellen over de aanwezigheid. Bij een uil kan dit de genoemde braakbal zijn. Maar een bosmuis lust wel een eikeltje, hazelnootje, dennenappel of  beukenootje. Maar ook dierlijk voedsel is hem niet vreemd, zoals slakken, spinnen, kevers en rupsen. Ook paddestoelen zijn niet veilig.
Ook eekhoorntjes zijn dol op nootjes. Door de verschillende tanden kun je onderscheiden welke diersoort er aan het dennenappeltje geknaagd heeft.
Zo zijn zwijnen goed in het omwoelen van de grond voor lekkere hapjes. Herten en reeën zijn dol op bast en knoppen van blaadjes.

Vraatsporen Foto: Robert Krampf 2011
Rechts restanten van een eekhoorn die lekker heeft gekloven op een rijpe dennenappel. Hij is helemaal ontdaan van zaden. Iedere diersoort wat een een dennenappeltje lust laat zijn sporen na en kluift het appeltje anders af. Maar wat dacht je van insecten ? Een bladmineerder is makkelijker te volgen. Deze trekt een mooi bruin streepje in het blad, zo onstaat er af en toe een kunstachtig ingewikkeld mooi sporenpatroon.

Uitwerpselen.
Onder uitwerpselen verstaan we niets anders dan poep, alhoewel braakballen natuurlijk ook een uitwerpsel is, alleen via een ander gaatje. Ook aan de hand van de vorm en inhoud van poep kun je diersoorten identificeren en (heel veel moeilijker) volgen. Ieder diersoort wat regelmatig eet, moet ook regelmatig poepen. Vogels doen alles inéén, vogels moeten licht zijn en hebben hierdoor geen ruimte voor een ingewikkeld verteringssysteem. Als je weet wat vogels eten, kun je aan de hand daarvan al snel een aantal soorten uitsluiten. Veel beter gaat het met zoogdieren, bijvoorbeeld een ree, vos, hond of een kat.

Reeën poepjes
Verschillende diersoortenpoep
Hier links zie je  de keutels van een ree. Het lijken net grote ei- vormige konijnenkeutels.
Rechts zie je een aantal verschillende poep- soorten van een kat, hond, vos, etc.


Als je de poep uitspreid zie je dat de vos ook bessen lekker vindt. Een hond krijgt gemengd voer binnen en zul je vaak ook mais aantreffen. Een kat eet voornamelijk vlees, kleine knaagdieren en vis, zo nu en dan zit daar een stukje gras tussen vanwege de haarballen.  De vos heeft een langgerekt drolletje met een typerend puntje aan het uiteinde, het lijkt net een plukje haar.

Veren.
Wat kun je zien aan veren ? Bijna alle vogels hebben een afwijkend patroon op de veren. Je kunt vaak ook een actie zien aan de hand van de veren. Een roofvogel laat bijvoorbeeld een plukplek achter als hij een prooi opgegeten heeft. Een nest zit regelmatig vol met veren zoals bij een knobbelzwaan of een eend.

Buizersveren foto roofvogels HW
Links veren van een buizerd, met een prachtige streeppatroon. Zo zijn er in het bos nog veel meer veren te vinden.

Voor het vogelspotten is een verrekijker onontbeerlijk. Buizerds maken in de lucht regelmatig katachtige geluiden en cirkelen continue op de thermiek (opwaartse luchtstromen). Het jagen gaat via een achtervolgend en stotend patroon.






Dus hup naar buiten.... sporen zoeken.

Veel plezier.

Een website met aanvullende info over het sporenzoeken van zoogdieren:
Animaltracking USSARTF

dinsdag 12 november 2013

Als je veel op reis bent, op vakantie, naar je huis, werk of lekker in de bush, merk je hoe belangrijk water is. Een mens kan maar een aantal dagen zonder. Volgens de  'Rules of 3' is dat 3 dagen zonder dat je er lichamelijke ongemakken van kan krijgen. In de praktijk ligt dit aan de persoon en de omgeving. De eerste verschijnselen kunnen al na 6-24 uur optreden. Naast een droge mond, krijg je lusteloosheid, concentratieproblemen, zelfs problemen met de motoriek. Als het water niet 'schoon' is krijg je de bekende 'race', welke vaak een ongemakkelijke winnaar kent.

Een probaat middel tegen diarree is bijvoorbeeld kruidnagelthee. Zakje met kruidnageltjes zitten standaard in mijn EHBO kit. Deze tip kreeg ik van een stel oude dames, nadat ik mijn beklag deed bij een kampvuur. Inderdaad kan ik stellen dat het een goed en compact middel is, waarvan ik inmiddels een aantal keren profijt heb gehad. Andere middeltjes zijn; Norit en Loperamide, beter bekent als Imodium.

Loperamide is een goed werkend middel bij gewone diarree, het stopt direct, echter niet altijd gewenst in geval van (voedsel)vergiftigingen. Het gebruik van 'good old' Norit is dan aan te bevelen, dit stopt niet direct de diarree maar neemt wel de oorzaak weg.

Als je het goed bekijkt is veel van ons eten eigenlijk geconcentreerd rond water. Direct of indirect. Op mijn tochten neem ik tenminste 2 liter water mee (in de rugzak). Die 2 liter water stelt mij in staat of naar een nieuwe bron te zoeken, meestal is dat gewoon een kraan, soms een rivier. Voor dat laatste is het handig een goede waterfilter aan te schaffen. Maar wat is een goede waterfilter ?  Zijn er ook andere methoden ? Om deze vraag goed te kunnen beantwoorden bekijken we eerst wat water uit de wildernis bevat.


Wat zit er eigenlijk in water ?
Water uit de kraan is al ontdaan van eigenlijk alle verontreinigingen. Maar ook belangrijke mineralen en zouten. Een tussenvorm is bronwater wat netjes wordt aangeleverd in een flesje en vaak al een stuk beter 'smaakt' dan het water uit de kraan. Zout water uit de zee kun je niet zomaar gebruiken en is slecht voor onze nieren door het te hoge zoutgehalte. Het water uit de zee drinkbaar maken gaat met een proces dat heet distillatie of een vorm van osmose, maar dit valt buiten de scope van het verhaal. Water uit beekjes, riviertjes, plassen zitten vol met extra's; algen, modder, insecten, visjes, bacteriën, protozoën, öcysten, bestrijdingsmiddelen en andere chemische lozingen. Niet allemaal te zien met het menselijk oog.

Dit is echter niet het geval in alle wateren, in stille afgelegen natuurgebieden of bij bronnen van stroompjes kan het water behoorlijk 'zuiver' zijn. Dan is verdere bewerking niet nodig om veilig drinkwater te krijgen anders dan door een filterdoek en koken. Helaas is dit zeer uitzonderlijk.

Een aantal van die zichtbare en onzichtbare extra's kunnen ons behoorlijk  ziek maken. Ook al is het afweermechanisme van een mens behoorlijk flexibel. Een te grote hoeveelheid ziekmakers kan het lichaam niet snel genoeg onschadelijk maken of weten onze afweermechanismen dan te omzeilen. Ook resten van ziekmakers kunnen ons lichaam nog behoorlijk ontregelen.


Welke methodes zijn er ?
Er zijn een aantal methodes om water veilig drinkbaar te maken, één is een methode die iedereen wel kent dat is koken, meestal direct de eindfase. Echter om water te ontdoen van meer 'verontreinigingen' is het nodig een aantal stappen verder te gaan. Hier een aantal methodes op een rijtje.

  • Koken (Verhitting).
  • Filteren (fijnporeuze filters).
  • Chemisch behandelen (Hadex of Betadine).
  • Bestralen (UV straling).
  • Wassen (bijvoorbeeld met ozon).

Koken.
Koken is de meest simpele vorm van "zuiveren". Zelfs hier bestaan voldoende misverstanden over. Ik hoor regelmatig getallen van 15 minuten koken. Ongeveer 98% van de ziektemakers overleeft een temperatuur meer dan 75 graden celcius niet. Je zou zelfs kunnen volstaan met een langere tijd 75 graden celcius verwarmen. Echter het probleem is hoe kun je de temperatuur simpel controleren ? Een kookpunt waarbij het water met grote bellen kookt is een makkelijke indicator. Om alles te doden (op zeeniveau) volstaat het 1 minuut lang te koken. Ga je de hoog de bergen (ongeveer 1500 meter en hoger) in dan duurt het langer, doordat het water op lagere temperatuur zal koken, maar 3 minuten is dan ruim voldoende.

Een niet onbelangrijk details is, als je water voldoende "vervuild" is met resten van bacteriën en protozoa, kun je alsnog aan de diarree raken. Dit komt echter niet vaak voor. Je lichaam zal dan de resten willen lozen, toch nog rennen dus.....

Filteren.
Filteren met een zakdoek of hoofddoek is de grove methode. Je filtert dan alle grove vervuilingen er uit. Denk dan aan insecten, takjes, plantdeeltjes, visjes, gedeeltelijk algen, etc. Fijnporeuze filters gaan een stapje verder. Zoals de naam al zegt zullen deze filters miniscule gaatjes bevatten die verontreinigingen tegenhouden. Meestal geeft een fabrikant een garantie af door middel van een certificaat. Dit certificaat garandeerd een werking zoals door de fabrikant aangekondigd. Deze garantie is meestal 99-99,9%. Waarom geen 100% zul je zeggen ?

Hieronder zie je een aantal populaire fijnporeuze-filters:

Lossevezel-filter, meestal glasvezel. Door een aantal lagen met over elkaar geweven vezel wordt een dicht netwerk gecreërd.  De vervuiling wordt vastgehouden in het vezelnetwerk. Meestal gebruikt in de 'goedkopere' waterfilters.
De Keramische-filter. Een duidelijk gelijkmatige structuur die in staat is nauwkeurig te filteren. Inmiddels is er een verbeterde generatie beschikbaar. Lange tijd was 0,2 micron de standaard.
Hollevezel-filter. Hier is een enkele vezel afgebeeld. Deze filter bestaat uit een dikke bundel van deze vezels. Ook hier een mooie gelijkmatige filter mogelijkheid. Het holle vezel type is een relatief nieuwe filter.
Weef-filter, ook van kunstvezel. Door deze microfijne weving kan er een goede filter geproduceerd worden. Ook dit type filter is vrij nieuw.







Zoals je op de foto's ziet verschillen de filters op een aantal essentiële punten. Iedere filter heeft voor- en nadelen. Hollevezel-filters zul je vrij snel moeten reinigen (zgn. backflush) na gebruik, net zoals een Lossevezel-filter. Een waterfilter mag ook niet bevriezen, anders ontstaan er scheurtjes in de filter waardoor de werking niet meer gegarandeerd is.

Katadyn waterfilter doorsnede

De nieuwere filters zijn op dit moment rond de 0,1 micron. 0,2 micron is nog steeds een filter die ruim voldoende is. Sawyer schijnt een filter te hebben op 0,02 micron. Echter deze is in Nederland op dit moment van schrijven nog niet verkrijgbaar. Ook is niet duidelijk of deze claim werkelijk klopt. Aangeraden wordt een filter van tenminste 1 micron (WHO aanbeveling) of voor combinatie zuivering tenminste 3 micron (met een nabehandeling).

Daarnaast zijn bacteriën niet netjes rond en kunnen door een zuig- en persbewegingen tijdelijk vervormen. Hierdoor is het onmogelijk om een 100% garantie af te geven.

De mix van bacteriën en protozoa

Wat is nu een goede filter ? Er zijn een aantal factoren waar mee rekening moet worden gehouden; bacteriën, protozoa en öcysten. Waar je met goede voorfilters al een heleboel kunt tegenhouden, slippen er nog genoeg kleine vervelende vervuilingen door. Deze variëren van 0,005 micron tot 50 micron. Het allerkleinst zijn virussen, deze kunnen door geen één filter worden tegengehouden. Daarnaast hebben ze een gastheer nodig om gevaarlijk te worden, filteren op virussen heeft dus geen zin. Bacteriën en protozoa kunnen veel meer schade aanrichten in ons menselijk lichaam.

Een lijstje met de meest belangrijke listige virussen, protozoa en bacteriën:

Hepatitus A (Virus) - Besmetting via voedsel of besmet water. 0,005-0,1 micron.

Escherichia coli (E.Coli) - Besmetting via rauw vlees, sinds kort kiemgroenten of besmet water/vocht. Indien de E.coli bacterie voorkomt in water, betekent het dus dat het water vervuild is met ontlasting. Dit komt zelfs in Nederland regelmatig voor. 0,6-1,9 micron.

Leptospirose (ziekte van Weil) is een bacteriële ziekte die zowel bij mensen als dieren voorkomt. Leptospirose wordt veroorzaakt door Leptospira, een bacterie die voorkomt in de urine van geïnfecteerde dieren en mensen. Oppervlaktewater kan besmet zijn met leptospiren. Ze komen het lichaam binnen via sneetjes in de huid en schaafplekken en via de slijmvliezen van de ogen, neus en mond. 0,2-0,3 micron.

Vibrio Cholerae (Cholera) - Deze bacterie kan in het lichaam terechtkomen door het drinken van water of eten van besmet voedsel. Water kan besmet worden via de faeces en het braaksel van een ge?nfecteerd persoon of dier. Cholerabacteriën komen ook voor in brak water en kustwateren en in de schelpdieren die daarin voorkomen. Door temperatuurstijging van oppervlakte water steeds vaker voor in Nederland. 0,2-0,5 micron

Entamoeba histolutica (Amoebencolitus) - Mensen die geinfecteerd zijn scheiden de parasiet als cyste via de ontlasting uit. Besmetting vindt plaats door het drinken van besmet water, slechte hygiëne en voedsel. De parasiet ontwikkelt zich in de darmen. Als cyste is de parasiet resistent tegen desinfectie met chloor. 5-50 micron.

Campylobacter - De ziekte wordt veroorzaakt door de Campylobacter bacterie, die gevonden wordt in dieren, zoals vogels (kippen), runderen, varkens, honden, katten schildpadden en zelfs vliegen. Verspreidt zich via voedsel, oppervlakte- en drinkwater.Soms resistent tegen antibiotica. 0.5-2 micron.

Salmonella Typhi (Buiktyfus) - Er zijn verschillende soorten Salmonellabacteriën, Typhi en Enteriditis komen het meeste voor. Sommige Salmonellabacteriën zijn resistent geworden tegen antibiotica en/of chloor. De bacteriën komen voor in de darmen van mensen en dieren, waaronder vogels en reptielen en worden verspreid via de ontlasting. 0,2-0,5 micron.

Cryptosporidium parvum - Parasitaire protozoa die een maagdarminfectie kunnen veroorzaken bij de mens. Infectie via dieren. Verspreiding via faces (ontlasting) in oppervlakte water en drinkwater. Bestand tegen ontsmetting met o.a. chloor in het öcystenstadium (ingekapselde eicel), maar niet tegen verhitting. 5-8 micron.

Giardia duodenalism - Parasitaire protozoa die een maagdarminfectie kunnen veroorzaken bij de mens. Infectie via (water)knaagdieren. Verspreiding via faces (ontlasting) in oppervlakte water en drinkwater. Bestand tegen ontsmetting met o.a. chloor in het öcystenstadium (ingekapselde eicel), maar niet tegen verhitting. 5-8 micron.

Giardia lamblia - De cysten worden aangetroffen in het oppervlaktewater en in het drinkwater waar de sanitaire omstandigheden minder gunstig zijn. De besmetting wordt overgebracht via fecaal verontreinigd water en voedsel, onder andere salades, fruit en ijs. Bestand tegen ontsmetting met o.a. chloor in het oöcystenstadium (ingekapselde eicel), maar niet tegen verhitting. 5-8 micron.

Toxoplasma gondii - De kat is de eindgastheer; varkens, schapen, runderen, maar ook de mens fungeren als tussengastheer. In het darmkanaal van (hoofdzakelijk) jonge katten die geïnfecteerd zijn, worden öcysten (ingekapselde, bevruchte eicellen) gevormd die met de feces worden uitgescheiden. Besmetting via rauw vlees of ongewassen groente. In de natuur vooral in kleine poeltjes en vochtige plekken, kunnen de öcysten lange tijd in leven blijven. 0,5 micron.


Chemisch behandelen.
Het behandelen van water met chemicaliën is een bijzonder effectieve methode.
2 producten springen er min of meer uit; chloorpreparaten en betadine. Chemisch behandelen vereist wel een aantal basisregels;

  • Temperatuur gevoelig, standaard wordt uitgegaan van 20 graden celsius. Een lagere temperatuur heeft een langere behandeling nodig.
  • Mens en dier kunnen een allergie hebben tegen deze chemicaliën.
  • Hoe groter de vervuiling des te langer is de ontsmettingstijd.
  • Kan ook reageren met metalen.
  • Bijzondere gebruiksvoorschriften.

Bekende merken zoals Hadex (vloeibaar, uit de scheepvaart),Oasis (pillen) en Aquamira (pillen) vallen onder de chloorpreparaten, chloor werkt in op de celwand en de dna-stuctuur. Hierdoor sterven bacteriën, algen, virussen en protozoa vrij snel (ongeveer 20-40 minuten). Inmiddels zijn er wel een aantal bacteriën en protozoa verhoogd resistent. Zoals cryptosporidium, giardia en in mindere mate salmonella. Volg nauwkeurig de aanwijzingen van de fabrikant. Ook gewoon huishoud-bleek is te gebruiken, 2-3 druppels per liter is voldoende bij helder water. Let dan op het werkzame bestandsdeel natriumhypochloriet (tenminste 5%).

Een betadine-oplossing is een ander product, echter een aantal waarschuwingen zijn belangrijk. Niet gebruiken bij een jodium-allergie, indien zwanger en in aluminium pannen en potten. Aluminium reageert met jodium dat de werking sterk afneemt. Betadine of jodiumoplossingen zijn in Nederland een beetje in de vergetelheid geraakt. Hadex voldoet in bijna alle gevallen. Ook hier geldt lees de aanwijzingen van de fabrikant. Normaal is dit 1-2 druppels per liter en ongeveer 20-30 minuten wachten. Een foefje is om vitamine C pillen op te lossen om de smaak van jodium af te zwakken, echter doe dit pas na 40 minuten. Vitamine C heeft namelijk ook invloed op de ontsmettende werking.
Betadine of jodium heeft een sterkere werking dan chloor.

Kaliumpermagnaat is een ander middel, echter dit wordt nauwelijks nog gebruikt om water te zuiveren. Ook zijn er nog jodium-kristallen, deze kristallen dien te worden opgelost in water volgens voorschrift.

Het chemisch (na)behandelen is ideaal in combinatie met een waterfilter die groter is dan 1 micron en bij voorkeur is voorzien van een carbon-hulpstof. Carbon helpt de scherp chemische smaak te verminderen.

Soms wordt een filter aangevuld met zilverionen-houdende stof, zilverionen remmen alleen de bacteriële groei en doden geen bacteriën of protozoa!

Hoe werkt Carbon en wat doet het ?
Carbon is niets anders dan koolstof. Koolstof heeft het vermogen om stoffen te binden en te absorberen. Door het te binden kan koolstof chemicaliën onschadelijk maken. Helaas niet alle chemicaliën! Hoger complexe chemicaliën kun je alleen afbreken via verbranding, het zogenaamde kraken, de meeste middel- en lage complexe chemicaliën, zoals zware metalen, kun je binden of absorberen met koolstof. Active-Carbon is een veel genoemd onderdeel van een waterfilter. Active-Carbon is niets anders dan geoptimaliseerde koolstof via een aantal toevoegingen en bewerkingen. Iedere waterfilterfabrikant doet er een beetje geheimzinnig over hoe de filters zijn opgebouwd, wat ze kunnen en welke bewerkingen worden uitgevoerd bij active-carbon. Het meeste gebruikte ingrediënt is kokosnootschillen. Deze worden vooral gewonnen op plantages in de Filipijnen, Maleisië, Indonesië en Thailand. Kokosnootschillen zijn makkelijk te verwerken en geven het beste resultaat om active-carbon te maken. Er is wereldwijd een productie van 1,5 miljoen ton aan geoptimaliseerde koolstof per jaar (2013).

Hier rechts is een plaatje te zien wat active-carbon doet. Het absorbeert en bindt de vervuiling welke gevoelig is om te reageren met koolstof.

De vervuiling wordt opgenomen in de poriën van de korrels of ringvorm die in binnen in de filterkern zit. active-carbon is geoptimaliseerd om vervuiling langdurig op te kunnen nemen. Ook in active-carbon zijn verschillende graduaties kwa absorptie vermogen en fijnheid.

Een nieuwe technologie is nano-carbon, deze koolstof heeft een andere bewerking ondergaan en is volgens een aantal producenten nog beter in het opnemen van vervuilende stoffen.

Links ziet u op microniveau een stukje nano-carbon. In plaats van poriën bestaat het carbon vooral uit gesleufde blokken of antennes. Hierdoor is er meer oppervlakte wat de vervuiling kan binden of absorberen.
Deze technologie is slechts een paar jaar oud. Vooralsnog blijkt nano-carbon prima te werken en is misschien zelfs iets beter als active-carbon.


Bestralen met UV.
Het bestralen met UV is een vrij nieuwe techniek. Verscheidene fabrikanten zoals Steripen ontwikkelde een uv-lamp in een dikke pen die een hoeveelheid uv licht verspreidt in een klein gebied. Deze pen werkt op batterijen en kan ongeveer 200 liter bestralen op 1 set batterijen. Eerst dient men een fles water door een voorfilter te filteren, welke al veel deeltjes er uit filtert. Met een roerende beweging in de fles wordt binnen een aantal minuten een schoonmaakcyclus afgerond. Hoe groter de vervuiling is, des te langer dient men de cyclus te laten duren. Water met vrij veel algen heeft aanzienlijk meer straling nodig om "schoongemaakt" te worden.
(Vergeet uw extra set batterijen niet !)

Een andere methode is met behulp van een petfles. Deze dient men dan een aantal uren in de volle zon te leggen. UV staling kan door de kunstof heen. Helaas werkt dit alleen met petflessen. Is het water troebel dan dient men aanzienlijk meer tijd te nemen.

UV wordt al lang gebruikt door ziekenhuizen en waterleidingbedrijven om water te steriliseren. Het is op grote schaal een goede methode. Met behulp van speciale filters wordt het water optimaal aangeleverd om langs grote bakken met uv licht te worden geleid. Op de schaal van een dikke pen, geef ik persoonlijk de voorkeur aan een goede filter. Alleen al omdat je een set batterijen nodig hebt, welke ongetwijfeld na een koude nacht een stuk minder goed werken.

Wassen.
Het wassen van water met gassen wordt alleen op grote schaal gedaan door waterleidingbedrijven. Dit wordt vooral gedaan met ozon. Hier zijn grote installaties met speciaal reinigende trajecten voor nodig die vrij goed moeten aansluiten. Het resultaat is echter prima schoon water.


Afsluiting.
Hopelijk weet u nu iets meer van het maken van zuiver water, immers zuiver water zorgt voor een heerlijk bakkie zuivere koffie. Maar zuivere koffie is nog geen zuiver water. (Thee mag natuurlijk ook :-) )


TIP: Maak uw waterfilter regelmatig schoon, controleer de werking en berg de waterfilter droog en schoon op (ook de slangetjes). Bij koud weer de gebruikte waterfilter beschermen tegen vorst. Iedere waterfilter hoort een logboek te hebben.

Bekende waterfiltermerken zijn:
Katadyn, MSR, Aquamira, Pura, Lifestraw, Lifesaver, Sawyer.

Veel succes met uw keuze,

The Trailtraveller.


Alle geplaatste foto's zijn eigendom van hun rechtmatige eigenaar, deze zijn gebruikt in een educatieve context.





Subscribe to RSS Feed Follow me on Twitter!