zondag 20 april 2014

Zoals met veel organismen is het bepalen van de soort afhankelijk van unieke en een combinatie van eigenschappen. Deze eigenschappen noemen we determinatiesleutels.

Veel paddenstoelen worden gedetermineerd aan de hand van macroscopische bijzonderheden. Die we dus met het oog of klein loepje kunnen waarnemen. Bij planten is dit niet anders. Voor de flora hebben biologen gekozen voor indeling op basis van de bloem en/of vrucht.

Wat hebben we nodig om een wilde bloem (plant) zo goed mogelijk te determineren:

- Juweliersloep of sterke gewone loep.
- Lineaal.
- Geduld.
- Boek met duidelijke deteminatiesleutels.
- Een notitieblokje met potlood en gum.
- Verschillende plekken met veel variatie in planten.

Het juweliers-loepje.

Een ideaal loepje om details te kunnen waarnemen die belangrijk zijn om een juiste deteminatie.
10-20x vergroting is meestal afdoende. Neem bij voorkeur een loepje waarvan het occulair gemaakt is van glas. Een plastic occulair is meestal wat onzuiverder rond de buitenrand en minder duurzaam.





Een lineaal die een stootje kan hebben.
Metaal, met duidelijke afmetingen. Een gleuf in het midden is handig on planten netjes in het midden te houden. Echter zo'n gleuf het is een "nice to have" en geen must.

In principe voldoet een plastic lineaal, echter het "werken" in het veld vereist meestal een stevige uitvoering. Niets is vervelender als je materiaal het begeeft tijdens een onderzoek ver van huis.

Wilde bloemengids van Capitool, deze compacte gids is een plezierige gids om wilde bloemen mee te determineren.
Duidelijke beschrijvingen en een snelle indeling maakt deze veldgids erg plezierig.

In principe is het geen waterdicht systeem om op kleuren te determineren. Longkruid heeft er nog al eens een handje van om na bezoek van insecten de bloem van kleur te laten veranderen. In theorie zou je dan kunnen misdetermineren.

Om toch snel en niet te ingewikkeld de juiste naam bij het plantje te krijgen is het toch "betrouwbaar" genoeg. Als je maar in het achterhoofd houdt dat er uitzonderingen zijn en de lijst niet volledig is.

De veldgids Nederlandse Flora van Henk Eggelte is wat minder compact en heeft een nieuwe, maar volledige determineer methode. Het toepassen van de sleutels vereist wat oefenen. Begin dan met bekende planten, zodat je op een goede manier bekend raakt met de sleutels.

De volledige flora beschrijven merk je ook in het formaat en gewicht. Deze gids werkt niet met de kleuren of geeft je niet veel informatie. De informatie is zeer beperkt tot het determineren. Voor extra informatie zul je andere bronnen moeten raadplegen.

Desondanks steek ik deze maar wat graag in mijn rugzak. Het extra gewicht en beperkte info neem ik voor lief.




Het notitieblokje is natuurlijk wel logisch, je ontdekking moet opgeschreven worden met de nodige kenmerken en wat je opgevallen is aan de plant. Waarom een potlood? Omdat een potlood altijd schrijft. Een pen laat het nog wel eens afweten in het veld. Neem een notitieblokje die je makkelijk kunt omslaan.

Waar moet je op letten ?

Zoals de kop al zegt zijn een aantal kenmerken belangrijk. Wat vooral vergeten wordt is de plaats waar de plant groeit. Kijk naar de grond; zand of klei, licht/schaduw, nat/droog. Zo zul je zien dat iedere soort een voorkeur heeft, of juist geen voorkeur heeft. Bij bloemen is de kleur niet zoveel zeggend, de kleur is vaak wel belangrijk voor insecten. Een insectensoort wordt aangetrokken tot een bepaalde kleur. Een insectensoort heeft dus ook waardplanten. Waardplanten zijn dus planten waar de insect voedsel kan krijgen of kan gebruiken voor de voortplanting. Bij een vlinder is dit bijvoorbeeld heel goed te zien.

Het volgende schema laat zien hoe een volledige (perfecte), tweeslachtige of een hermafrodiete bloem is opgebouwd uit de bloemdelen. Van buiten naar binnen (dus van onder naar boven) zijn te onderscheiden:

9. de bloemstengel
3. de bloembodem
de bloembekleedselen (perianth) of het bloemdek (perigonium), bestaande uit
8. kelkbladen (sepalen)
5. kroonbladen (petalen)
4. de meeldraden (androecium) bestaande uit helmdraad en helmhokjes
2. het vruchtbeginsel (gynoecium) (met 1 of meer zaadknoppen)
7. de stamper - bestaande uit
1. stijl en
6. stempel

De vorm van de steel of tak, bladstand en de vorm van de bladeren. Behaard of onbehaard, de steel rond, gegroefd of vierkant.


Dus.... naar buiten. Wilde planten zoeken....



Bron vermelding: Bloem wikipedia.
Subscribe to RSS Feed Follow me on Twitter!