dinsdag 22 december 2015

Een zeer controversieel onderwerp waar ik liever niet over schrijf, maar het is een belangrijk onderdeel binnen survival en bushcraft. In Nederland is het zetten en laten staan van vallen en strikken verboden, dit valt onder stropen. Het oefenen op zich niet, maar dan heeft u de "groene brombeer" (alias boswachter) toch wat uit te leggen als hij/zij uw constructiepoging gade slaat. Gelukkig ken ik geen bushcrafters of survivallaars die stropen. Stropen in Nederland is grotendeels gebonden aan het op illegale wijze verdienen van geld. Stroperij kunt u in Nederland melden bij 144 (Dierenpolitie).

De wet
Het laten staan van de val levert u een Artikeltje 315  uit het Wetboek van Strafrecht op. U mag een maandje bedenktijd met spijlen tellen of een geldboete uit de vierde categorie ontvangen. Alles is dus voor eigen verantwoording, wat u hier leest is dus strikt geheim, dus mondje dicht!

Valkuilen
Zo de waarschuwing staat er. Het zomaar zetten van vallen en strikken in het wilde weg heeft totaal geen zin. U zult dus enige kennis moeten vergaren over het dier wat u probeert te vangen. Gedrag, beschikbaar voedsel, diersporen, fysiek, de habitat, wissels en de afwijkingen leveren essentiële informatie. Daarnaast is het van belang dat u naast de juiste keuze van de val of strik, deze kunt afstellen op de verwachte actie, het finetunen. Het observeren en oefenen zijn niet te onderschatte onderdelen. Ook het weer kan behoorlijk parten spelen, harde wind en/of regen kunnen fijngevoelige valletjes activeren. Presentatie is alles.


Wilde dieren hebben een bijzonder gevoel voor hun omgeving. Veranderingen merken ze snel op. Afhankelijk van de diersoort kan dit juist interessant zijn, niet veel uitmaken of blijven ze er een tijdje vandaan. Geuren zijn voor veel dieren een aanwijzing, dat er een bijzondere verandering is.
Mensen kunnen deze geuren vaak niet ruiken en laat nu juist de mensengeur een onmiskenbare verandering zijn.

In veel survivalprogramma's wordt niet gesproken over de hoeveelheid vallen en strikken die worden uitgezet om iets te vangen. Met één valletjes komt u er niet en het gokken op één diersoort is ook niet verstandig. Grote dieren zijn sterk, veelal sterker dan u denkt en zijn moeilijk te vangen, kies bij voorkeur kleinere prooidieren. Het camoufleren en tunnelen wordt vaak vergeten en is belangrijk. Camouflage zorgt er voor dat de val of strik er 'natuurlijk uitziet', dit om argwaan te verminderen. Tunnelen dwingt het dier naar de val of strik toe.

Niet bruikbare delen weggooien is een andere. Indien u een vangst heeft kunt u juist met deze delen andere dieren vangen. Zeer bruikbaar in een survival situatie.

Materialen
Ook een veel gemaakte vergissing de selectie van verkeerde materialen. Een aantal diersoorten zijn zo flexibel of krachtig dat ze snaren kunnen doorbijten. Houdt dus rekening hiermee. In een echte survivalsituatie is deze materiaalvrijheid er meestal niet en alles hangt af van wat er te vangen is, maar selecteer dan zo mogelijk prooidieren die passen bij de beschikbare materialen. U kunt met de keuze van vallen en strikken wel e.a. omzeilen. Koperdraad, dun staaldraad, de flexibele binnendraad van antennekabel, swivels, vishaken, allerlei soorten visdraad, polycoord, paracoord, et cetera zijn allemaal nuttige materialen om vallen en strikken mee te maken. Gebruik zoveel mogelijk droog hout, tenzij het een voordeel geeft. Vers hout heeft de neiging te krimpen, wat dus een variabel resultaat oplevert.

Voorbeelden
Hieronder vindt u wat voorbeelden van vallen en strikken, het gaat dan vooral om het basismechanisme, want u kunt ongelofelijk variëren met de gebruikte technieken. Indien u in een overlevingssituatie komt, is het van belang dat u de vallen en strikken regelmatig controleert. De vos, marterachtigen en een aantal roofvogels kunnen op land uw vangst zonder bedankje waarderen. In en rond het water zult u rekening moeten houden met eventuele snoeken en snoekbaarzen, diverse watervogels, hier en daar een verdwaalde paling. Nederland is een land met veel huisdieren. De kat en hond kunnen onbedoeld uw bouwwerk activeren.

Wie mijn workshop "mesveiligheid en trystick maken" heeft gevolgd, op bushcraftweekenden in Nederland en België herkent de snijwerken. De keuze voor deze cuts, notches en reductions is niet voor niets :-)

Klik HIER voor mijn blog over mesveiligheid en trystick maken.

Nogmaals geen strikken en vallen laten staan!


Een flexibele verende tak zorgt voor de vangst.
Ook hier wordt een flexibele tak gebruikt.
De flexibele tak zorgt voor de actie.
De bekende figure 4 deadfall.
Variant op de deadfall, echter veel gevoeliger.
Een simpele snaar bij een konijnenhol

Dit zijn zomaar 6 voorbeelden van vallen en strikken die bruikbaar zijn. Op internet zijn nog veel meer variaties te vinden, niet allemaal even goed helaas. Om de goede van de slechte te onderscheiden is oefening en dus ervaring nodig. Eigenlijk komt hier alles samen; knopen, snijvaardigheid, spoorzoeken, materiaalkennis, et cetera.

De meeste tijd gaat zitten in finetuning en de presentatie van de val of strik.

Een heel goed (oud) boek is "Camp life in the woods and the tricks of trapping" door W. Hamilton Gibson. Een dikke 200 pagina's vol met uitleg en tips.

Veel succes met oefenen !



maandag 14 december 2015

In het vorige deel hadden we het over de tussenlaag. Deze tussenlaag hoeft niet uit één laag te bestaan. Naar gelang de koude kunt u aan deze laag ook extra kleding toevoegen. Kies voor goed isolerende, maar vochtafvoerende lagen kleding. Het is altijd verstandig om ook het hoofd aan te kleden. Het hoofd geeft veel warmte af. Soms wordt er geopperd dat dit wel kan oplopen tot 80 procent. Volgens recente onderzoeken blijkt dit een aandeel rond de 10 procent te zijn (Bron: onderzoekers Vreeman en Carroll), wat nog steeds een aanzienlijk deel is. Het gezegde "hoedje op, warme voeten" blijkt te kloppen.

Buitenlaag
Voor de buitenlaag zijn er een aantal opties. De buitenlaag moet vooral beschermen tegen wind en nattigheid. Als de onderlagen goed zijn opgebouwd is er ruimte om te kiezen welke buitenlaag het best bij de situatie past. Het is dan ook niet vreemd om een dichtgeweven katoenen buitenlaag te dragen bij temperaturen dik onder nul. Voor bushcraft kan dit voordelen hebben bijvoorbeeld bij het maken van een vuur. Dure ademende kunststoffen zijn niet ongevoelig voor vonken, ook laat de duurzaamheid van ademende kunststoffen wel eens te wensen over. Op plekken waar de stof veel vouwen heeft gehad, vies wordt of langdurig onder druk staat (zoals door een schouderriem of heupband) zal uiteindelijk vocht van buiten binnendringen. Ook is er een speciale shampoo nodig om de werking te herstellen bij ademende kunststoffen.

Gore-tex en bilaminaat werken inmiddels redelijk, daar is wel heel wat jaartjes ontwikkeling overheen gegaan. Vanaf 1969 zijn de heren Gore al bezig om de uitvinding te verbeteren. Het werkt goed bij koude droge buitenlucht, indien de buitenlucht vochtig is, verliezen Gore-tex en bilaminaat hun voordelige werking. Hieronder ziet u de Gore-tex (expanded PTFE) laag microscopisch uitvergroot, normaal is deze verwerkt tussen een stof van 1 of 2 lagen. 

Goretex microscopic foto van Abrev - Wikipedia
Een buitenlaag hoeft niet per sé ademend te zijn. Met de tussenlaag kun je behoorlijk compenseren. Probeer zo min mogelijk te zweten, dit kan door dan bijvoorbeeld te kiezen voor een iets wijder anorak model (maar ook aangepast werktempo).  Kies een jas met een aantal ruime zakken, voorzien van een soepele grote rits of grote knopen. Het criterium is dat de zakken ook met handschoenen aan te openen zijn. Let op dat de manchetten goed afsluitbaar zijn en de mouwen niet te kort. Draag het mes aan een riem aan de buitenkant van je buitenste beschermlaag, zodat de warme lucht zoveel mogelijk in de isolerende lagen behouden blijft, omdat de buitenlaag niet steeds omhoog getrokken wordt.

Zweedse leger anorak



Handschoenen
De handschoenen kunnen we opdelen in twee soorten die vaak gebruikt worden. Wanten en de vijfvingerige. Hoe kouder het wordt, des te beter is het om de vingers bij elkaar te houden, uw handen blijven dan veel beter warm. Echter bij bushcraft bent u gebonden aan klusjes zoals hout verwerken. Met de losse wanten is dit een ongenoegelijke taak. Het advies is dan om twee handschoenen gecombineerd te dragen, een paar waarmee u makkelijk kunt werken (vijfvingerig) alsmede de warme wanten voor als u geen taken hoeft te verrichten. Deze binnenhandschoenen kunnen van wol of leer zijn. Probeer voor uwzelf wat het beste werkt, uiteraard voor u de koude wintersneeuw in duikt. Denk aan een goede overlap met de mouwen en genoeg ruimte om de duim-pink test te doen (methode om op onderkoeling te testen).


Leuke wanten, maar deze dus niet ! (foto plusonline.nl)

Deze zien er beter uit !


Alle tips vallen of staan met de temperatuur waarin u terecht komt. Het is aan te raden één laag extra aan te doen dan vermoedelijk nodig is. Makkelijker is het om deze laag uit te trekken, dan te constateren dat u niet afdoende gekleed bent. Dit kan een plezierig buitenverblijf behoorlijk verstieren. (onderkoeling is geen pretje).

Broeken
Broeken zijn een verhaal apart. Deze zijn er zowel gevoerd als ongevoerd. Spijkerbroeken kunt u vergeten, ze zijn zwaar en als ze nat worden heeft u meer zorgen dan bescherming. De benen kunnen behoorlijk afkoelen. Een sneldrogende broek of wol heeft de voorkeur. Door het ondergoed en lange sokken tot aan de knieën kunt u het proberen met een ongevoerde broek. Dit zal echter niet voor iedereen overal werken. Een gewatteerde tussenlaag kan dan uitkomst bieden (ik vermijd ze liever, anderen vinden ze heerlijk) zoals de koudweerbroek, denk dan ook aan de bretels :-)

Koudweer broek (tussenlaag)

Uithoudingsvermogen
Een andere, niet onbelangrijke, schil is het lichaam zelf. Een goed uithoudingsvermogen draagt bij aan de interne kachel en het zo droog als mogelijk blijven tijdens de klusjes buiten. Hoe romantisch winterbushcraft ook lijkt, goed voorbereid op pad gaan is een must tegen teleurstelling. Wen uw lichaam rustig aan deze omgeving. Het opereren vanuit een basecamp is een ideale tussenoplossing.


Tot slot een acroniem om de essentiële punten te benadrukken.

C O L D 

Clean - Houdt u zelf schoon alsmede de kleding. Schone kleding isoleert beter.
Overheating - Voorkom oververhitting door aangepast werktempo en lagen uit te trekken.
Layers - Kleedt uzelf in ietswat wijde lagen. Lieft één laag meer dan nodig.
Dry - Voorkom zweten en dat kleding vochtig wordt. Droge kleding isoleert, natte kleding veel minder of helemaal niet meer. Droog uw kleding bij gelegenheid.

Tip: In de Vogezen heeft Randoloup een basecamp ingericht. Wellicht een prima optie voor u. Zie https://www.randoloup.com


zaterdag 5 december 2015

Koning Winter, de enige koning zonder troon en diens rede wordt alleen uitgesproken door de notabele weerman. Telkens weer voelen we zijn macht aan het einde van het jaar.  Winterbushcraft is eigenlijk een soort SM maar dan met dikke kleding aan. Vergeet de zweepjes en knijpers. Hiervoor in de plaats is het noeste arbeid, druppel aan de neus en proberen niet te zweten...

Toch willen vele bushcrafters hun romantische trekken eens een platform geven, voornamelijk in de sneeuw in een bergachtig gebied. Alles is daar een stuk moeilijker en vergis u niet, een kleine fout wordt vaak genadeloos afgestraft. Het begint met goede kleding, de eerste beschermlaag. Om te beginnen moet de kledingkeuze (en schoeisel) aan een aantal eisen voldoen.

  • Kleding moet voldoende tegen de elementen beschermen.
  • Kleding moet transpiratie vocht kunnen opvangen en afvoeren.
  • Kleding moet blijven isoleren.
  • Kleding moet de gehele dag prettig zitten, makkelijk uit te trekken.
  • Kleding opbouw in meerdere lagen.
  • Kleding moet niet hinderen bij het uitvoeren van werkzaamheden/lopen.
Met deze regels in gedachten kunnen we een keuze maken, echter alles is afhankelijk van de locatie waar u de romantische gevoelens probeert te toucheren. Twee meter diepe sneeuw, korte broek met wollen sokken en sandalen is niet een lekkere combinatie.

Schoenen
De stevige bergschoenen of de 'kisten' zijn drie seizoenen een prima onderdeel van de uitrusting, in de sneeuw hoeft dit niet zo te zijn . Gelukkig kunnen we wel iets rommelen in de marge. Inlegzolen met bont, een extra paar dikke sokken en gamaschen (gaitors) zijn goedkope aanpassingen die net genoeg kunnen zijn. Dit geldt alleen voor droge sneeuw en niet voor temperaturen onder de minus tien graden celsius. Bij ieder mens is de tolerantiegrens anders qua koude. Verwacht u ook natte sneeuw of nog koudere temperaturen, dan komt u al snel uit op gevoerde laarzen, voorzien van rubberen delen.

Sorel Caribou
Schoenen zijn vaak een ondergeschoven uitrustingsstukken, maar in sneeuwlandschap kan dat u lelijk opbreken. Sorel, Baffin en Kamik maken goede winterlaarzen. Let daarbij goed op het profiel. Ik kan echter niet genoeg benadrukken om de laarzen in de winkel te proberen voor een goede pasmaat, welke per merk behoorlijk kan verschillen. Vervolgens komt de vraag waar u de schoenen mee vult, daar kan ik echter vrij kort over zijn. Wollen sokken (militaire) maken hier de maat. Neem een extra paar mee, in de betere dumphandel zijn ook de koudweer sokken verkrijgbaar. Zoals u waarschijnlijk wel begrijpt, dient u de sokken en schoenen goed te drogen na het buitenavontuur. De volgende dag is het zeer aan te bevelen om van sokken te wisselen.

Thermo ondergoed
Enfin, we gaan verder naar het ondergoed, want naakt met goede schoenen is alsnog koud. Omdat uw lichaam warm dient te blijven en dit veel makkelijker lukt met droge lucht, is het verstandig om zo droog mogelijk op de huid te blijven. In de tropen en/of woestijn klimaat is andersom vaak prettig en dan is katoen of zijde een betere optie. Transpiratie moet dus worden afgevoerd, zoals aangegeven en een aantal stoffen zijn hier goed in; wol, polypropyleen soms in combinatie met zijde.
De wolsoort bij uitstek hiervoor is merino, merino is zacht, prikt nauwelijks, neemt vocht op en voelt lekker warm op de huid. Polypropyleen, neemt vocht op en blijft net als wol lekker warm op de huid. Echter heeft als nadeel dat het ook geurtjes vasthoudt, waar wol veel minder gevoelig voor is.
Wol is echter stevig aan de prijs. Thermo-shirts en -broeken moeten goed van lengte zijn en elkaar overlappen. Vergeet een goede afsluiting op hals (die ook open kan met een rits), polsen en enkels niet. Ook bij het bukken! De sokken moeten de pijpen van de broek goed overlappen anders zou de lichaamswarmte kunnen weglekken. Natuurlijk controleren dat het ondergoed ook voor de dagelijkse daad (lees: plassen en poepen) goed bereikbaar is, open- en dicht kan.

Een goed voorbeeld is de Icebreaker Merino Oasis Long Sleeve Half Zip (scrabble woordwaarde 69 punten, zie dvorkin). Nee, ik heb geen aandelen of verbintenis met Icebreaker, maar goed spul mag genoemd worden. Sluit goed aan op de hals, de polsen en heeft een nette rits tot op de borst om bij werkzaamheden te openen. Niet alleen handig bij bushcraft, maar ook bij het skiën en op de fiets.

Icebreaker Oasis. Foto: Icebreaker

Vaak zijn we alleen kritisch op wat er in de rugzak gaat, maar in het koude landschap is de kleding qua uitrusting prioriteit nummer één!

Tussenlaag.
Als tussenlaag is de isolatie belangrijk. Fleecetruien zijn dan geen verkeerde optie. Die mogen gerust dik en luchtig zijn. Neem echter een degelijk merk, vergeet die goedkope fleecetruien maar. Goedkope fleecetruien zijn dun van weving en dikte, hierdoor houden simpelweg geen genoeg warmte vast. Geen probleem in de lente, zomer of herft in een gematigd klimaat, maar in de bergen in de winter geen optie. Ook hier kan ik één fleece soort aanbevelen; Polartec fleece heeft een dichte weving en isoleert twee tot vier keer beter dan goedkope merken. De voorkeur gaat uit naar een trui met een capuchon, anders is een ninja-style fleece hoofdkap een goed alternatief. U vindt deze helaas bij de wat duurdere producenten zoals o.a. The North Face, Killy, Patagonia, Helly Hansen. Goedkope altenatieven heb ik nog niet gevonden.

Fleece Coldweather Cap


Wilt u weten hoe fleece gemaakt wordt? Klik dan hier.

Fleece is weliswaar een goede en vooral lichte keuze, ook wol kan hier een rol van betekenis spelen. De ouderwetse dikke Noorse kabeltrui met een afsluitbare hals is een prima optie, Swandri en Buffelo goede alternatieven. Helaas is wol tegenwoordig erg prijzig. Een goede trui kost u zeker boven de 200 euro. Een ander nadeel is dat wol een stuk zwaarder is dan fleece.

Zelf ben ik meer het traditionele type... alhoewel ik ook Polartec in bezit heb.

Vergeet niet een sneeuwbril of een goede zonnebril aan uw uitrusting toe te voegen. Zodat u op zonnige dagen niet 'sneeuwblind' wordt.

In het volgende deel gaan we in op de buitenlaag en de handschoenen.








 

Subscribe to RSS Feed Follow me on Twitter!